De liefde.
Een onderwerp dat ik al duizendmaal heb besproken en beschreven, maar echt begrijpen zal ik het nooit.
Als kind al kon ik hopeloos verliefd zijn op jongens die mij niet zagen staan. Het begon met Murdock van The A-Team, Paul de Leeuw en Brian van de Backstreet Boys en al gauw richtte ik me, in het kader van bereikbaarheid, op de jongens uit mijn klas. De grootste crush had ik op Danny, maar mijn anonieme liefdesverklaringen op Valentijnskaarten en op briefjes in zijn bureaulade bleven onbeantwoord. De Obdamse jongetjes zagen mij nog niet staan of zitten. Ze verloren hun hart massaal aan de mooie Sarina met haar tot op haar billen en een mooi handschrift, of de populaire Lisa, die niet mooi was, maar gewoon heel sociaal en gezellig.
Toen de beugel uit mijn mond was en mijn borsten rijp waren voor een beugel-BH, ontdekte ik dat er zoiets bestond als wederzijdse interesse. Opeens kreeg ik anonieme valentijnskaarten en wilden jongens, die roddelobject waren van populaire meiden, met mij zoenen. Soms was er verliefdheid, soms was er spanning en soms was er vriendschap, maar vaak waren die zaken heel lastig te duiden en kon ik mezelf echt verliezen in die ene vraag: wat hebben we nou?
Ik had gehoopt dat die vraag niet meer gesteld zou moeten worden naarmate de tientallen in mijn leeftijd veranderden, maar dat was niet zo. Zelfs op mijn dertigste vroeg ik me bij Diederik en bij Neels af wat we nou hadden en vaak ontbrak het de mannen en mijzelf aan ballen om de situatie te duiden. Soms was het gewoon, en Facebook kent deze relatiestatus zelfs, ingewikkeld.
Nu ben ik bijna 35 en bevind ik me eindelijk in een relatie waarop ik een duidelijk antwoord heb gekregen op de vraag. Ik heb een verloofde. En dat, conservatief als ik ben, vind ik fijn. Want als er iets is wat ik van mijn dateverleden heb geleerd, is dat ik toch best traditioneel ben. Ik wil maar 1 man, en aan die man wil ik al mijn liefde geven voor de rest van mijn leven. Ik geloof daarin. Het zal soms saai zijn en niet altijd even makkelijk om het boeiend te houden, maar ik hoop dat we samen oud zullen worden en elkaars handen vast zullen houden tot het fysiek niet meer kan. Ik zie bij mijn ouders dat het huwelijk soms niet makkelijk is, maar ik zie ook dat er in de kern nog heel veel liefde is. Als kind heb ik dat altijd als waardevol ervaren: een vader en een moeder thuis, ook al was het niet altijd gezellig. En nu ben ik er trots op dat ik kan zeggen dat mijn ouders nog bij elkaar zijn. Dat wil ik ook voor mijn eigen dochter.
Toen ik nog op Tinder zat, merkte ik dat ik mijn traditionele relatieopvatting vaak verbloemde. Veel mannen boden zichzelf aan zonder abonnement: een vrijblijvend probeersel zonder enige verplichting van beide kanten. “niet op zoek naar iets vasts” “gewoon genieten” “in een relatie maar nieuwsgierig” “in een open relatie” waren kreten die steeds vaker voorkwamen. Voor mij was dat direct een reden om naar links te swipen, maar toch voelde ik me dan oubollig en saai waardoor ik, ook bij een match, nooit direct vertelde dat ik op zoek was naar iets voor de langere termijn “we zien wel” schreef ik meestal, omdat ik me schaamde voor mijn dromen.
Het fenomeen open relatie of polyamorie wordt steeds meer gemeengoed en leunt op het idee dat monogamie een door de kerk verzonnen constructie is die gebaseerd is op jaloezie en egoïsme. Alleen in een open relatie zou men echt vrij kunnen zijn. De afgelopen weken heb ik er veel over gelezen en waar ik achter ben gekomen is dat de ene open relatie de ander niet is (lees daar hier meer over). Sommige mensen bevinden zich in een open relatie vanwege het seksuele aspect en anderen willen dit vanwege het emotionele aspect. Zij zoeken diepgang in alle relaties met anderen. Recent onderzoek heeft uitgewezen dat communicatie, wederzijdse instemming en veiligheid de sleutel zijn tot een succesvolle open relatie. Geen rocket science dus, dat lijkt me voor iedere relatie te gelden. Je zou kunnen zeggen dat dit eigenlijk ook de drie waarden zijn waarop een monogame relatie steunt er vallen dan alleen minder complexe zaken te bespreken: “we neuken niet met anderen,” is dan voldoende. Terwijl CNM’ers (Consensual Nonmonogamy) gaan praten over zaken als: wel of geen orale seks met een ander, wel of niet overnachten bij een ander, wel of niet de partner kennis laten maken met de ander. Maar als die zaken eenmaal zijn vastgelegd dan hebben de CNM’ ers een bevredigender seksleven dan de monogamisten. Ze hebben overigens ook vaker geslachtsziekten.
Kathy Slaughter (niet te verwarren met die auteur van thrillers Karen Slaughter) springt in de TED-talk die ik bekeek op de bres voor CNM’ers. Ze geeft aan dat monogamisten nog wat van hen kunnen leren en hoe logisch het is dat we op een bepaald moment, binnen een monogame relatie, verliefd raken op een ander en/of seksuele gevoelens ontwikkelen voor een ander dan onze partner. Dat betekent niet dat we meteen allemaal een open relatie moeten starten, maar bewustwording daarvan en erover praten met je partner kan soms verrassende resultaten opleveren. Toch is het ook zo dat je een bepaald type moet zijn om een open relatie te ambiëren. Het zijn toch vaak de mensen met een van nature hogere seksdrive en seksuele nieuwsgierigheid. Avontuurlijk ingestelde mensen zullen dan ook eerder openstaan voor een open relatie dan anderen. Dat jonge mensen tegenwoordig vaker een open relatie hebben, is niet zo gek. Jongeren zijn ten eerste avontuurlijker ingesteld en onder millenials is de relatieladder (samenwonen, trouwen, kinderen) minder populair.
Mijn persoonlijke mening is dat iedereen natuurlijk vooral moet doen waar hij of zij zin in heeft, maar ik denk niet dat een open relatie zal werken als je kinderen hebt. Mensen hebben het tegenwoordig al te druk met hun werk en een sociaal leven. Stel je voor dat daar dus nog een tweede liefde bij komt kijken. Mama gaat zondag met de kinderen naar Artis. “Gaat papa ook mee?” “Nee, die gaat vandaag met zijn vriendin neuken.” Ik denk dat een open relatie weinig goeds doet voor ‘het traditionele gezin’ en dat het meer geschikt is voor mensen die sowieso al geen ambities hebben op het burgerlijke vlak. Het lastige van de opkomst van de open relatie is echter dat het nog moeilijker gaat worden om je partner te vinden. In het oerwoud van hetero, homo, bi, panseksueel, sapioseksueel en transgender moeten we nu ook gaan selecteren op relatietype. *zucht*