Facebook ruikt het meteen als je weer single bent. Sinds vorige week maandag verschijnen er allemaal vreemde mannen op mijn tijdlijn met de vraag of zij misschien mijn type zijn?
Lexa heeft niet helemaal door dat de eigenschappen die ze de mannen op de foto’s hebben toebedeeld niet echt de lading dekken. De atletische man is misschien wel aantrekkelijk met het voorzichtige lachje waarbij hij zijn tong speels laat zien, maar van een atletisch lichaam is misschien wel helemaal geen sprake. De man met kort haar, heeft dan wel kort haar, maar zou er ook liever bij hebben zien staan dat Dirk het liefst met de vlam in de pijp over de Europese snelwegen scheurt met zijn truck, de gezellige avontuurlijke Zuid-Europese Ronaldo look-a-like had mijn zoon kunnen zijn (ik weet nu dat jonger niet altijd beter is) en de spontane dude met kuifje zie ik eerder aan voor een fervent visser, of vogelspotter.
In ieder geval: het gaat nog wel even duren voordat ik die link van Lexa aan ga klikken. Want nu is het tijd voor verdriet. Inmiddels kan ik zeggen dat ik een expert ben geworden in het omgaan met liefdesverdriet. De afgelopen drie jaar zijn er drie belangrijke mannen uit mijn leven vertrokken en heel toevallig zitten ze nu alledrie in het buitenland. Daarmee ben ik ook meteen een expert in het uitzoeken van mannen die hier niet willen blijven. Niet echt een expertise waar ik erg blij mee ben overigens.
Het liefdesverdriet kwam vorige week als een oude bekende die ik liever niet zie. Het laat me niet met rust, maar het voelt ook weer vertrouwd want ik weet precies wat me te wachten staat. Sommige mensen hebben de mazzel dat ze gevoelens kunnen uitzetten of blokkeren. Dat is wat N. Nu doet. Zolang hij niet toelaat dat hij me mist, dan is het gemis er ook niet en gaat het allemaal goed. Hij gaat door, het gevoel van gemis negerend als een gemeen duiveltje op zijn schouder. En als hij het lang genoeg negeert dan zal het duiveltje dat ooit de naam van de liefde droeg langzaam van zijn schouder glijden.
Ik kan dat niet. Ik sta mezelf toe om onder te gaan in dat verdriet. De leegte die er ontstaat ergens in mijn buik kan ik nergens mee opvullen en omdat die leegte zo’n pijn doet, merk ik het verschil tussen honger en gemis niet, waardoor ik vrijwel niets eet (over een maand ben ik weer 5 kilo kwijt). Daarnaast zijn er de zenuwen die door mijn lijf gieren alsof ik een belangrijk sollicitatiegesprek heb.
Dit alles maak ik nog erger door de leegte te vergroten. Alleen in bed, kijk ik op Whatsapp of hij online is (leeft hij nog?) en als hij online is, is het gemis zo hevig dat ik spontaan in tranen uitbarst en mezelf helemaal uitput met irreële angsten en toekomstbeelden. Ik kan en mag niets zeggen. Of ik kijk naar foto’s van al die momenten die samen zoveel leuker waren dan alleen. En ik herhaal hardop zijn woorden en zinnen: “met jou is alles leuk.” Zei hij vaak. En nu denk ik: als het dan zo leuk is waarom ben je dan verdomme weggegaan?
Spullen en kleding dwalen nog overal rond. Het bewijst dat hij hier is geweest dat alles geen illusie was. Het bed wordt de komende weken niet verschoond. Want daarin hadden we nog seks, zijn geur, onze geur hangt er nog. Maar het vervaagt…de geur vervaagt, het gemis vervaagt en uiteindelijk zal de liefde verworden tot een vage of sterke herinnering afhankelijk van hoe intens hij was.